Voormalig Amerikaans president Barack Obama liet tijdens zijn tweede ambtstermijn het Pentagon plannen ontwikkelen voor een mogelijke preventieve aanval op Noord-Korea. De reden: een snelgroeiende dreiging vanuit Pyongyang, waarbij het regime onder leiding van Kim Jong-un werkte aan raketten die mogelijk de Amerikaanse westkust konden bereiken.
Volgens voormalige Amerikaanse defensiefunctionarissen zag Obama de Noord-Koreaanse kernwapenontwikkeling als een van de grootste bedreigingen voor de nationale veiligheid van de Verenigde Staten. In het geheim werd onderzocht hoe een aanval op Noord-Korea’s wapens van massavernietiging uitgevoerd zou kunnen worden, nog voordat deze operationeel waren.
Hoewel Obama uiteindelijk geen militaire actie ondernam, maakte hij zich ernstige zorgen over de snelheid waarmee Noord-Korea zijn technologie ontwikkelde. In de laatste maanden van zijn presidentschap besprak hij de kwestie persoonlijk met Donald Trump, die hem zou opvolgen. Daarbij gaf hij aan dat het nucleaire dreigingsniveau een kritiek punt had bereikt.
De voortdurende navolging van kernwapens door Noord-Korea leidt alleen maar tot meer isolement en minder veiligheid.
Een geheim dat jaren stil bleef
Hoewel het Pentagon onder Barack Obama al vanaf 2011 serieuze plannen maakte voor een preventieve aanval op Noord-Korea’s wapenarsenaal, bleef die informatie jarenlang onder de radar. De reden? De plannen waren uiterst gevoelig, niet alleen vanwege de risico’s op escalatie met Pyongyang, maar ook vanwege de mogelijke politieke gevolgen in eigen land.
Volgens betrokken functionarissen wilde Obama toekomstige presidenten voorbereiden op een dreiging die volgens hem onvermijdelijk dichterbij kwam. Pas na de verkiezing van Donald Trump in 2016, tijdens hun enige ontmoeting, deelde Obama openlijk de ernst van de situatie. Hij waarschuwde dat Noord-Korea op het punt stond een technologische grens over te steken, waarbij hun kernraketten Amerikaanse steden konden treffen.
De plannen zelf kwamen nooit in de openbaarheid omdat ze uiteindelijk als te riskant en waarschijnlijk ineffectief werden beoordeeld. Toch ontstond er achter de schermen een intens debat binnen het Pentagon, waarin voor- en tegenstanders van een eerste aanval tegenover elkaar stonden. Pas recent, na jaren van onderzoek en interviews met voormalige beleidsmakers, komen deze interne discussies en het mislukte plan aan het licht.

Trump, Kim en de waarschuwing die Obama naliet
Toen Donald Trump het presidentschap van Barack Obama overnam, kreeg hij direct een indringende waarschuwing mee. Noord-Korea stond volgens Obama op het punt kernwapens te ontwikkelen die de Amerikaanse westkust konden bereiken. De oud-president had het Pentagon al opdracht gegeven om plannen voor een preventieve aanval te ontwikkelen, maar die bleken uiteindelijk niet afdoende om het groeiende gevaar daadwerkelijk te stoppen. Die boodschap maakte diepe indruk op Trump.
Hij zou later zijn verbazing uitspreken over de situatie die hij van zijn voorganger had geërfd. Trump vroeg herhaaldelijk aan zijn adviseurs, en zelfs aan buitenstaanders zoals muzikant Kid Rock, wat hij met het probleem Noord-Korea moest doen. In het openbaar beweerde hij dat Obama op het punt stond een oorlog te beginnen, terwijl Obama in werkelijkheid juist had geprobeerd zijn opvolger goed voor te bereiden.
Trump besloot echter een totaal andere koers te varen. In plaats van militaire druk koos hij voor persoonlijke diplomatie. In 2018 vond in Singapore de historische ontmoeting plaats tussen Trump en Kim Jong-un, waarbij voor het eerst een zittende Amerikaanse president direct sprak met een Noord-Koreaanse leider. De beelden van hun handdruk gingen de wereld over, maar concrete resultaten bleven uit. Noord-Korea beloofde te werken aan denuclearisatie, maar gaf geen garanties of tijdspad.
Trump beweerde later zelfs dat hij en Kim verliefd op elkaar waren geworden door hun brieven, een opmerking die wereldwijd opgetrokken wenkbrauwen veroorzaakte. Zijn aanpak, persoonlijk en onconventioneel, week sterk af van die van zijn voorgangers, maar leidde uiteindelijk niet tot wezenlijke verandering. Noord-Korea zette de ontwikkeling van zijn wapens onverminderd voort.
De waarschuwing van Obama bleek dus terecht, al koos zijn opvolger voor een totaal andere reactie. De dreiging bleef, maar de toon van de relatie tussen Washington en Pyongyang veranderde tijdelijk, met een ontmoeting die de geschiedenisboeken inging.